Inleiding
Vorige week dinsdag 22 oktober 2002 werd Nederland opnieuw opgeschrikt door zinloos geweld. De 22-jarige student Renee Steegmans werd door twee 18-jarige jongens in elkaar geslagen, omdat hij een opmerking maakte over hun gedrag. Steegmans overleed een dag later aan zijn verwondingen. Een golf van afschuw en protest ging door het land. Jaarlijks krijgen in Nederland 25.000 mensen te maken met geweld in de publieke ruimte. Dat geweld vindt plaats in de woonwijk (35%), in het verkeer (42%) en in de uitgaanscentra (19%).  Vier weken geleden, op 1 oktober 2002, ontving de voltallige Vaste Kamercommissie voor Justitie een gezamenlijke petitie van de Stichting Slachtoffers Van Geweld en de Initiatiefgroep Tegen Geweld. Veel vertrouwen stelden de indieners overigens niet in de Tweede Kamer, omdat de “oude politiek” hen, na het aanbieden van een soortgelijke petitie reeds in 1986 en daarna in 1993, al 16 jaar lang in de kou had laten staan.

 

De Lijst Pim Fortuyn heeft de petitie echter direct ter harte genomen. Het Aanvalsplan Tegen Geweld van de Lijst Pim Fortuyn is deels opgebouwd uit elementen van de genoemde petitie. Met dit Aanvalsplan willen wij slachtoffers steunen én potentiële slachtoffers beschermen tegen geweld. Het gaat om maatregelen die geweld kunnen voorkómen en maatregelen die geweld bestraffen. Het geweld stopt in Nederland door geweldenaars te stoppen. En geweldenaars stoppen niet door zachte middelen. Terwijl het gevoel is, dat misdadigers met fluwelen handschoenen worden aangepakt, blijven slachtoffers in de kou staan. Terwijl het geweld de afgelopen decennia toenam, bleef de overheid nota’s schrijven. In zo’n klimaat gedijt geweld uitstekend!

 

Het Aanvalsplan Tegen Geweld is gemaakt om een einde te maken aan de lakse en verslapte houding van de overheid ten aanzien van de bedreiging van de veiligheid in onze publieke ruimte. De burgers die zich, getuige ook hun massale aanwezigheid bij de stille tocht in Venlo, door ernstige geweldsdelicten diep in hun veiligheidsgevoel voelen aangetast, moet snel de reikende hand worden geboden. De Lijst Pim Fortuyn hoopt en verwacht dat alle politieke partijen in de Tweede Kamer bereid zijn dit Aanvalsplan Tegen Geweld te ondersteunen. Met deze steun kan op korte termijn een begin worden gemaakt met het herstel van het veiligheidsgevoel bij de Nederlandse burger, dat in de afgelopen jaren zo zwaar is beschadigd.

 

Joost Eerdmans
Lijst Pim Fortuyn

28 oktober 2002


  1.  MINIMUM STRAFFEN VOOR ERNSTIGE GEWELDSDELICTEN
  2.  DRIE KEER ERNSTIGE GEWELDSPLEGING IS LEVENSLANG
  3.     MEER NO-NONSENSE IN DE HULPVERLENING
  4.      AFSCHAFFEN VERJARING VAN ALLE ERNSTIGE GEWELDSDELICTEN
  5.   GEEN HEENZENDINGEN MEER
  6.      HEROPVOEDINGSKAMPEN
  7.  LANDELIJK VERBOD OP LANDLOPERIJ EN BEDELARIJ
  8.   VERPLICHTE OPNAME VAN OVERLASTGEVENDE DAKLOZEN
  9.   UITBREIDEN GEDWONGEN AFKICKCENTRA
  10.   STRAFFEN OP BEZIT VAN VERBODEN MESSEN VERHOGEN
  11.   PREVENTIEF FOUILLEREN IN HORECA EN OPENBAAR VERVOER
  12.   MEER CAMERA’S  EN INVOERING ÉÉNPERSOONSSURVEILLANCE
  13.  MEER AANDACHT VOOR SLACHTOFFERS EN NABESTAANDEN
  14.    NIEUWE CAMPAGNE: ‘MOBILISEER MEDESTANDERS EN GRIJP IN’

 

  1. MINIMALE STRAFFEN TEGEN GEWELD

De rechter in Nederland is – anders dan bv. in Duitsland – slechts gebonden aan maximumstraffen. De fractie Lijst Pim Fortuyn heeft woensdag 23 oktober 2002 een initiatiefwetsvoorstel ingediend om minimumstraffen voor ernstige geweldsdelicten in te voeren, zoals dat ook in de meeste ons omringende landen het geval is. De ernstige geweldsdelicten waar het ons om gaat zijn:

1)      moord minimaal 10 jaar (max. is 20 jaar);

2)      doodslag 8 jaar (max. is 15);

3)      verkrachting 6 jaar (max. is 12);

4)      zware mishandeling met voorbedachte rade de dood ten gevolg hebbende 8 jaar
(max. is 15);

5)      zware mishandeling met voorbedachte rade 6 jaar (max. is 12);

6)      zware mishandeling 4 jaar (max. is 8).

In vergelijking met het buitenland is het strafregime in ons land mild. De vorige Minister van Justitie diende een half jaar geleden nog het plan in om de wettelijke strafmaxima te verhogen. Op 24 april 1987 deed oud-premier Lubbers een eerste voorstel tot invoering van minimumstraffen. Het primaat voor het bepalen van de hoogte van straffen dient volgens de Lijst Pim Fortuyn niet bij de rechter te liggen, maar bij de politiek. Iemand die veroordeeld wordt, moet zeker zijn van een minimum van de bij dat delict behorende straf.

De drie redenen om te straffen zijn:

  1. verwijderen dader uit samenleving;
  2. genoegdoening naar slachtoffers en nabestaanden en de tegemoetkoming aan het rechtvaardigheidsgevoel in de samenleving;
  3. preventie ofwel de afschrikwekkende werking van de straf.

In de ogen van Lijst Pim Fortuyn worden redenen 1 en 2 te vaak vergeten. Bovendien voert de rechter dikwijls strafverzachtende omstandigheden (de moeilijke jeugd, verwaarlozing, verminderde toerekeningsvatbaarheid, etc.) aan om de strafmaat te verlagen. Vele psychiatrische rapporten worden door de advocatuur ter onderbouwing van die omstandigheden aangewend. Wij willen de burgers de zekerheid geven dat een ernstig delict ook ernstig bestraft zal worden. Vanaf het minimum kan de rechter zijn eigen afweging maken en een gepaste straf of maatregel (TBS, heropvoeding) opleggen met inbegrip van de individuele omstandigheden. Vorig jaar oktober dienden PvdA en CDA gezamenlijk een initiatiefwetsvoorstel in waarin geweld dat gericht is tegen de heldhaftige burger die ingrijpt, strenger wordt bestraft (met 1/3 verhoging). Wij kunnen dit plan omarmen. Maar helaas geldt het PvdA-CDA voorstel alleen voor mishandeling en niet voor doodslag of moord. Een gemiste kans! Wij gaan daarom in ons voorstel om minimumstraffen in te voeren een stuk verder.

  1.  DRIE KEER ERNSTIGE GEWELDSPLEGING IS LEVENSLANG

Three strikes and you’re out. . De samenleving moet worden beschermd tegen mensen die niet kunnen of niet willen leren van hun fouten. Voor de Lijst Pim Fortuyn is na drie keer ernstige geweldsdelicten de maat echt vol. Veelplegers moeten na het voor de derde keer plegen van een ernstig geweldsdelict langdurig uit de samenleving worden verwijderd. Hiermee wordt volgens de Lijst Pim Fortuyn een stevig preventief signaal afgegeven.

  1.  MEER NO-NONSENSE IN DE HULPVERLENING

Ook in de zaak-Venlo lijkt opnieuw het beeld bevestigd, dat de lokale hulpverlening en het welzijnswerk in Nederland de agressie van met name probleemjongeren niet aankan. De jeugdcriminaliteit verhardt en de groep harde-kern jongeren groeit. De sociale hulpverlening is er nauwelijks meer tegen opgewassen. De hulpverlener geeft hen veel, maar ontvangt weinig. De overheid investeert veel in hangplekken, voetbaltoernooien en clubhuizen, maar wat krijgt ze ervoor terug? Het instrumentarium om dwingende afspraken te maken met de probleemjeugd ontbreekt. Vaak is de probleemjongere van vandaag, de geweldspleger van morgen. Ook in Venlo was dat het geval. De Lijst Pim Fortuyn wil het karakter van de hulpverlening meer verplichtend maken. Er moeten stevige resultaten worden geboekt. Spijbelgedrag wordt niet getolereerd. Wanneer er hardnekkige problemen in de opvoeding zijn, zal de hulpverlening de ouders verantwoordelijk moeten stellen en moet zij zonodig onder dwang opvoedingsondersteuning geven. Een softe aanpak werkt helaas niet meer. Aan probleemjongeren moet duidelijk gemaakt worden, dat niet meewerken of niet nakomen van afspraken onherroepelijk leidt tot de gang naar politie en justitie. Ook hier geldt: streng is sociaal. Als de welzijnssector geen betere resultaten gaat boeken in preventieve zin, overweegt de Lijst Pim Fortuyn om budgetten daar weg te halen en ze in te zetten in de meer repressieve en succesvolle projecten zoals de HALT-bureaus (=strafafdoening voor lichte vergrijpen zonder tussenkomst van justitie).

  1.  AFSCHAFFEN VERJARING VAN ALLE ERNSTIGE GEWELDSDELICTEN

Nu is de verjaringstermijn voor de levensdelicten moord en doodslag gesteld op 18 resp. 15 jaar. De regering wil deze termijn oprekken. Ook in de plannen van de Kamerleden Dittrich (D66) en Rietkerk (CDA) wordt voorgesteld de verjaring voor moord en doodslag af te schaffen. De Lijst Pim Fortuyn wil verder gaan en stelt voor om ook andere ernstige geweldsmisdrijven niet meer te laten verjaren. De Lijst Pim Fortuyn vindt dus ook dat verkrachtingszaken niet meer mogen verjaren. Immers, de aan het slachtoffer toegebrachte emotionele schade en eventueel letsel is vrijwel altijd blijvend. Slachtoffers hebben levenslang.


  1. GEEN HEENZENDINGEN MEER

Nu nog steeds komen in beperkte mate heenzendingen (= voortijdige invrijheidstelling) voor. De Lijst Pim Fortuyn vindt dat er écht niet meer mag worden heengezonden. De oplossing voor dit probleem kan worden gevonden om net als in België meerdere gevangen in één cel te plaatsen. Topambtenaren hebben onlangs vertrouwelijk aangegeven grote ethische bezwaren tegen 2 veroordeelden op 1 cel te zien. Praktische bezwaren hadden ze ook, want er zouden dan 2 toiletten, 2 wascabines, etc. moeten komen. Wat een onzin! Liever minder riante omstandigheden voor delinquenten, dan heenzendingen van criminelen. In onze ziekenhuizen liggen meerdere patiënten op één zaal met gordijntjes tussen de bedden. Dat vinden we volstrekt normaal. Maar waarom behandelt de overheid zijn gevangen beter dan zijn zieken? Een goed alternatief is ook om gebruik te maken van leegstaande asielopvangcentra of kazernes om veroordeelden in onder te brengen.

  1.  HEROPVOEDINGSKAMPEN

De Lubbers-kampementen zijn ten onrechte al lang weer vergeten. Fortuyn was zelf voorstander van heropvoedingskampen voor notoire criminelen. Hij stelde dat een gevangenis een universiteit is voor criminelen. Wij stellen daarom voor, dat de rechter in zijn vonnis naast gevangenisstraf in geval van geweldsmisdrijven kan kiezen voor plaatsing in speciale werkkampen. Daar worden door middel van fysieke arbeid, regelmaat en het bijbrengen van normen en waarden, de delinquenten weer in het gareel gebracht. In de VS zijn goede ervaringen met dit soort heropvoedingskampen opgedaan.

  1.  LANDELIJK VERBOD OP LANDLOPERIJ EN BEDELARIJ

De gemeente Amsterdam heeft onlangs de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) aangepast om een verbod op bedelen in de stad van kracht te maken. Enige jaren geleden is de strafbaarheid van landloperij en bedelarij uit het Wetboek van Strafrecht geschrapt. De Lijst Pim Fortuyn wil dit ongedaan maken.

  1.  VERPLICHTE OPNAME VAN OVERLASTGEVENDE DAKLOZEN

Een deel van de daklozen zorgt bovendien met hun (psychotisch, manisch, agressief) gedrag voor onveiligheidsgevoelens bij de burger. Daar moet iets aan gebeuren. De enige tijd geleden gewijzigde Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen (de Wet BOPZ) biedt ruimte om iemand gedwongen op te nemen in een psychiatrische inrichting, indien hij of zij een gevaar voor zichzelf of zijn omgeving is. Met deze wijziging werd destijds het bestwil-criterium in de wet vervangen door het gevaarscriterium. Daarmee ontstond de situatie dat personen die wél hulp nodig hebben omdat zij een chronisch psychiatrisch ziektebeeld hebben, maar geen gevaar vormen voor zichzelf of hun omgeving, ‘op straat belanden’. De Lijst Pim Fortuyn is van mening dat deze groep hulp nodig heeft en acht wijziging van de Wet BOPZ door herinvoering van het bestwil-criterium op zijn plaats. Uiteraard dient een gedwongen plaatsing met de nodige (rechts-)waarborgen omkleed te blijven omdat zo’n plaatsing diep ingrijpt in een mensenleven. Overigens dient hierbij beter samengewerkt te worden tussen de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) en de politie, zodatdeze laatste zich meer kan richten op zijn kerntaak, namelijk ‘daadwerkelijke rechtshandhaving’.


  1. UITBREIDEN GEDWONGEN AFKICKCENTRA

Naast de groep van psychisch gestoorde daklozen, zijn er de hypercriminele verslaafden die de strafrechtspleging zwaar onder druk zetten (de zgn. draaideurcriminelen). Het aantal plaatsen voor de Strafrechtelijke Opvang Verslaafden (SOV) zoals in de Amsterdamse Bijlmerbajes en in Hoogvliet-Rotterdam, dient fors uitgebreid te worden. Junks die stelen en roven om aan hun drugs te komen en daarmee het rechtssysteem onder druk zetten, moeten gedwongen afkicken en resocialiseren in deze opvangcentra. Zo zijn er in Amsterdam maar 60 van deze plaatsen beschikbaar, terwijl enkele honderden hypercriminele verslaafden voor deze maatregel in aanmerking komen. De Lijst Pim Fortuyn wil dat de capaciteit om deze overlastgroep op te vangen wordt uitgebreid. Te lang is vanuit sociaal oogpunt gedacht dat we deze mensen maar moesten laten berusten in hun lot. De Lijst Pim Fortuyn wil juist optreden om deze mensen uit hun isolement te halen en weer een kans te geven in de samenleving.

  1.  STRAFFEN OP BEZIT VERBODEN MESSEN VERHOGEN

Momenteel is de straf op het dragen en voorhanden hebben van vlindermessen, stiletto’s, boksbeugels, wurgstokken, ploertendoders en werpsterren gesteld op drie maanden. De Lijst Pim Fortuyn wil dit maximum verhogen naar negen maanden. Tien procent van de scholieren heeft vandaag de dag een mes op zak. De maximumstraf op vuurwapenbezit is in 1999 reeds verhoogd van negen maanden tot vier jaar. In de horeca komt het voor dat bij de entree inbeslag genomen messen na het discobezoek weer teruggegeven aan de bezoekers. De Lijst Pim Fortuyn vindt dat een zeer slechte zaak en wil landelijk bevorderen dat, net als in Amsterdam, alle in de horeca in beslaggenomen wapens en drugs in een kluis worden opgeslagen en later worden overhandigd aan de politie.

  1.  PREVENTIEF FOUILLEREN IN HORECA EN OPENBAAR VERVOER

Elk wapen op straat is er één te veel. Op 14 mei 2002 is de Wet tot wijziging van de Gemeentewet en de Wet Wapens en Munitie in de Eerste Kamer zonder stemming aangenomen. Met deze wet kan de Burgemeester op grond van een raadsbesluit en i.s.m. de Officier van Justitie in zijn gemeente gebieden aanwijzen waarbinnen preventief gefouilleerd kan worden, voor de duur van max. 12 uur. De gemeente Rotterdam is hier onlangs mee gestart. De Lijst Pim Fortuyn wil door middel van wijziging van de genoemde wet, het preventief fouilleren mogelijk maken in alle uitgaansgebieden en in het openbaar vervoer. Een waarschuwingsbord wijst de mensen erop dat de politie kan fouilleren. Overigens is in het Strategisch Akkoord, mede op aandringen van de Lijst Pim Fortuyn, ook al de invoering van een algemene identificatiekaart opgenomen.

  1.  MEER CAMERA’S  EN INVOERING ÉÉNPERSOONSSURVEILLANCE

Cameratoezicht werpt preventief zijn vruchten nog slechts mondjesmaat af, maar helpt vooral bij het achteraf oplossen van misdaden. De 1-persoonssurveillance is onder voorwaarden (veiligheid, bereikbaarheid en kwaliteit) een probaat middel om op korte termijn veel meer blauw op straat te krijgen. Een LPF-motie hierover, is tijdens de algemene beschouwingen in september jongstleden door het Kabinet omarmd. In de achterstandswijken en risicogebieden rond horeca en stations moeten agenten – zeker ’s avonds en ’s nachts – meer lopend en fietsend in plaats van per auto patrouilleren, om direct in te kunnen grijpen bij geweld of calamiteit.

  1.  MEER AANDACHT VOOR SLACHTOFFERS EN NABESTAANDEN

Te lang en te vaak worden slachtoffers van geweldsmisdrijven of hun nabestaanden door de overheid op een zijspoor gezet. Ze zijn vaak alleen op zichzelf aangewezen en moeten grote moeite doen om op de hoogte te blijven van het strafproces. In de rechtszaal staan ze met lege handen. Terwijl de verdachte zich omringt met advocaten, krijgen het slachtoffer of de nabestaanden nauwelijks een stem. Het slachtoffer kan slechts zijn geldelijke schade in eenvoudige zaken (civielrechtelijk) vergoed krijgen door zich als benadeelde partij in het strafproces te voegen. De Lijst Pim Fortuyn wil twee dingen regelen:  1) het slachtoffer of de nabestaande krijgt een stem in de rechtszaal. Hiertoe heeft de Lijst Pim Fortuyn samen met D66 een initiatiefwetsvoorstel ingediend om slachtoffers spreekrecht in de rechtszaal te geven; 2) er moet een informatieplicht komen voor het Openbaar Ministerie die het slachtoffer of de nabestaanden in ruime mate informeert over de voortgang van het strafproces.

  1.  CAMPAGNELEUS:  ‘MOBILISEER MEDESTANDERS EN GRIJP IN’

Sinds de doodslag op de 22-jarige R. Steegmans in Venlo is de discussie opgelaaid over de anti-geweldscampagnes. In Venlo zagen tientallen mensen toe zonder in te grijpen. Steeds vaker zien we dat omstanders of geïntimideerde medepassagiers niet durven op te treden bij (dreiging van) geweld. Naar onze smaak ligt in de huidige overheidscampagne teveel nadruk